Loc depot

0
Voorheen was dit nog een "algemene werkplek" die werd gebruikt om materialen te stallen als er werkzaamheden aan de modelbaan waren.
De tijd voor het gebruik hiervoor is voorbij omdat er aan de bouw van het loc depot is begonnen.
Aanleiding hiervoor is dat het sporenplan van het rangeerterrein nagenoeg ligt en het loc depot vanuit het rangeerterrein te bereiken moet zijn.
Het loc depot zal bestaan uit verschillende delen.
Zo zullen er een 6 tal loc loodsen worden geplaatst, een draaischijf die de locomotieven toegang tot de loc loodsen verschaft, een waterkraan/toren, kolenbunker met kraan en een diesel tankplaats. Eén van de belangrijkste items zal de draaischijf worden.
De gebruikte draaischijf is van Heljan en is van oorsprong een Amerikaans model.
De inbouw, afstelling en aanpassingen zullen hier apart besproken worden.
Indien er nog voldoende plaats overblijft, zullen er ook nog wat industriële gebouwen worden geplaatst.

Gezien de omvang van dit onderwerp is er een menu indeling gemaakt om snel naar bepaald gedeelte te kunnen gaan.

Om terug te gaan naar het hoofdonderwerp "Rangeerterrein" klik je hier. Keuze menu:

Indeling.
De draaischijf.
De programmering van de stopplaatsen.
De eerste praktijk test.
Aanpassing aan de draaibrug.
De loc loods.
Plaatsen van de servo's.
Monteren en programmeren van de decoders.
Aanbrengen van de verlichting.
Beveiliging.
Kolenbunker.
Watertoren en waterkraan.
Diesel depot.
Het Seinhuis.

Indeling.

Een echt plan voor het loc depot stond nog niet op papier.
In eerste instantie was het de bedoeling dat er slechts één spoor zou zijn vanuit het rangeerterrein dat toegang gaf tot het loc depot.
Vol goede bedoelingen maar eens wat uitgelegd.
Maar zoals vaker gebeurd in de modelspoorbouw wereld, kun je na het leggen van de 1e sporen nog wel eens bedenkingen hebben of het niet beter en anders zou kunnen.
Zo was het hier niet anders.

003 004
















Ik had het gevoel dat er toch wat meer kunnen met het loc depot mogelijk moest zijn en daarom maar het plan een beetje aangepast.
Voordat we weer met allerlei uitprobeersels aan de gang zijn gegaan, gelijk de koe bij de horens gevat en eerst een schets gemaakt.
Met behulp van Scarm het idee maar eens uitgewerkt.
Hieronder dan ook een schets van het loc depot zoals deze na de kleine aanpassing er uit zou komen te zien.
Het geeft wel weer duidelijk aan, dat je eigenlijk niet zonder fatsoenlijk tekening, of op zijn minst een schets van je railplan, moet gaan bouwen.
Het is natuurlijk altijd mogelijk dat tijdens de bouw aan de indeling nog wat wordt gewijzigd, maar de tekening geeft je in ieder geval een indruk hoe het een en het ander gerealiseerd kan gaan worden.

001 002




















We zien hier de twee Haven sporen (linker afbeelding onderaan) die worden verlengd en op het loc depot uitkomen.
Voorheen was dit maar één spoor, wat de mogelijkheden beperkte.
Vanuit elk havenspoor is de draaischijf te bereiken.
Links boven, naast de loc loods, vind je de diesel tankplaats.
Deze is dus alleen bereikbaar via de draaischijf en komt niet uit in een loc loods.
Rechts naast de draaischijf staat de kolenbunker opgesteld waar beide sporen onder door lopen en kort na de kolenbunker de waterplaats.
De kraan is hier niet getekend, maar komt achter de kolenbunker te staan.
De waterplaats is op de linker tekening niet zo goed te zien, maar in de rechter tekening is het zicht vanuit een andere hoek en is de waterplaats beter te zien.

Keer terug naar menu.

Terug naar het hoofdonderwerp Rangeerterrein.

De draaischijf......

Het gat voor de draaischijf was al in een vroeger stadium aangebracht, waardoor de plek van de draaischijf min of meer al vast lag.
Hieronder een tweetal foto's van een jaar of 3 terug waar het gat voor de draaischijf al te zien is.

025 026
















De draaischijf die wordt toegepast is van Heljan (89011) en is van oorsprong een Amerikaans model.
Door wat kleine aanpassingen (kleur en achterwege laten van wat attributen) oogt deze weer wat meer Europees.
026
Bij een draaischijf van Fleischmann, Roco of Märklin zijn er pas stukken beschikbaar voor de rail aansluiting op de draaischijf.
Hierdoor liggen de hoeken tussen de spooraansluitingen vast en zorgt ervoor dat deze eenvoudig zijn te plaatsen.
Deze Heljan heeft dat niet en moeten de aansluiting (en ook de onderlinge hoek) zelf gemaakt worden.
Dit heeft wel het voordeel dat je veel flexibeler bent in de aanleg van de aansluitsporen, maar betekend ook dat het wat moeilijker/lastiger is, om de juiste aansluitingen te maken.
Door de 1e drie bielzen weg te halen van de aansluitrail aan de zijde die eindigt op de ring van de draaischijf, kun je dit perfect passend maken.
Alleen de onderlinge hoek tussen de aansluitrails is nog wel even een dingetje.
Gelukkig wordt bij de draaischijf een mooie tekening mee geleverd om de inbouw van de draaischijf wat makkelijker te maken.
In deze bijgeleverde tekening, staan een aantal spooraansluitingen aangegeven onder een hoek van 10 graden.
Omdat er gebruik wordt gemaakt van de Fleischmann loc loods, hebben we te maken met een hoek van 7,5 graden tussen de onderlinge sporen.

006 016
















Op de meegeleverde tekening zijn de spooraansluitingen aangepast van 10 naar 7,5 graden en kan de tekening gebruikt worden om de plek te bepalen waar de aansluitsporen moeten komen.
Het enige wat nog moet gebeuren is het bepalen van de afstand van loods naar de draaischijf.
Hierbij is er vanuit gegaan, dat de sporen recht de loods in gaan.
Omdat de onderlinge afstand tussen de twee naast gelegen sporen klein is, komt je in de problemen met de bielzen.
Deze komen dan namelijk over elkaar te liggen, dus de enige remedie hiertegen is een stukje weghalen.
Omdat al de 1e drie bielzen volledig zijn weg gehaald, kan dit goed worden uitgevoerd.
Het was wel even een gepuzzel, maar uiteindelijk mag het resultaat er wezen.
Door de 2e biels vanaf de rand van de draaischijf vast te zetten, kunnen de sporen op draaischijf niet meer verschuiven.
Dit is gedaan door een klein gaatje in de biels te boren en hier een klein schroefje in te draaien.
Als de ballast later wordt aangebracht, kunnen deze schroefjes weer verwijderd worden omdat de rail dan door de ballast op zijn plek wordt gehouden.

Over het huidige resultaat kunnen we in ieder geval tevreden zijn.

Keer terug naar menu.

Terug naar het hoofdonderwerp Rangeerterrein.


De programmering van de stopplaatsen.

Na de inbouw van de draaischijf en het aanbrengen van de sporen, rest alleen nog het programmeren om de brug bij alle spooraansluitingen te kunnen laten stoppen.
Voor het bedienen van de brug, is er een aparte controller (bedieningskastje) meegeleverd.
Zowel de controller als de draaibrug hebben een stukje elektronica om de besturing, positionering en stopplaatsen goed te regelen.
Omdat de aansluitsporen op elke willekeurige plaats gemaakt kan worden, is deze Heljan draaischijf controller voorzien van de mogelijkheid de stopplaats van de brug op elke willekeurige plek te programmeren.
Dit tot een maximum van 48 posities, wat in de praktijk meer dan voldoende is.

Als eerste moet de brug aangesloten worden op een voedingsspanning van 12 tot 18 Volt.
Dit doe je op de klemmen "U" en "V" van de controller.
De voedingsspanning voor de rails op draaibrug wordt apart aangesloten op de klemmen B1 en B2.
En het mooie van deze draaischijf is dat het totaal niet uitmaakt of je nu analoog of digitaal rijdt, hij werkt in beide gevallen.
Het om polen van de draaibrug gebeurt automatisch.
Het enige nadeel is dat er een bepaald gedeelte is waar geen sporen kunnen worden geplaatst, het zogenaamde "No track area".
Dit gebied ligt op 90ᵒ en 270ᵒ t.o.v. de 0 stand en betekend in de praktijk dat, als de brug deze positie passeert, de spanning kortstondig wordt onderbroken en de polariteit van de rails wordt om gepoold.
Vanuit de draaischijf komt er een kabel met een RJ45 aansluiting, die eveneens op de controller moet worden aangesloten.
Nadat deze zijn aangesloten wordt de voedingsspanning ingeschakeld.
De spanning door de rail op de draaibrug is nog niet nodig om deze af te stellen en laten we nog even achterwegen.


Op deze controller zitten twee rode LED's, één voor de power en één om aan te geven dat de draaibrug is een geprogrammeerde stand staat.
Verder zitten er nog vier knoppen op, één voor het linksom en één voor rechtsom draaien van de draaibrug en nog twee kleine drukknoppen "Set" en "Zero".
Hoewel er een uitleg is te vinden in de handleiding, die naar mijn mening toch wel wat duidelijker had gemogen, was het niet zo heel moeilijk om de juiste stop posities vast te leggen.
Zoals zo vaak is het gewoon een kwestie van doen om het een beetje onder de knie te krijgen.
Vanuit fabriek zijn er twee posities geprogrammeerd, en daarmee is de draaibrug te testen.
Als de test goed verloopt, kun je de nieuwe stopplaatsen gaan programmeren.
Voordat je de posities gaat vastleggen of wilt testen moet je er eerst voor zorgen dat de brug in de "0" stand komt te staan (home of thuis positie van de draaibrug).
Je moet ook de "0" positie bepalen als de draaibrug is uitgenomen voor bijvoorbeeld onderhoud.
Onder de draaibrug is aan het uiteinde, aan de zijde van het bedieningshuisje, een infra rood diode aangebracht.
In de ombouw van de draaischijf is op een bepaalde plek, de 0 stand, een sensor aangebracht.
Indien de infra rood diode en sensor tegen over elkaar staan, bevind de brug zich in de 0 stand, ofwel thuispositie.
Als je de schijf voor de eerst keer in gebruik neemt, en dit geld zeker als je 2e hands hebt aangeschaft, doe je er verstandig aan om eerst de fabriek instellingen terug te zetten.
Hiermee ben je er zeker van dat eventueel opgeslagen stop plaatsen worden gewist en dat de fabrieksinstellingen van kracht zijn.
Na het inschakelen van de voedingsspanning knippert de power led, dit is normaal en zal na enkele seconden constant gaan branden.
Om alle standen te wissen en de fabrieksinstellingen weer terug te zetten druk je de gelijktijdig "Cal" en "Set" toets langer dan 3 seconden op.
De draaibrug zal nu met de klok mee gaan draaien en zal naar de "0" positie gaan.
Indien je allen naar de "0" stand wil gaan druk je voor meer dan 2 seconden alleen op de "Cal" toets.
Na het los laten van deze toets zal de draaibrug met klok mee draaien en naar de "0" positie gaan.
De eventueel geprogrammeerde stop plaatsen blijven dan bewaard.
Nadat de "0 "positie is bereikt kan begonnen worden met de programmering van de stop plaatsen.

Keer terug naar menu.

Terug naar het hoofdonderwerp Rangeerterrein.

De eerste praktijk test.

Nu alle sporen zijn gelegd, wordt het tijd voor een eerste praktijk test.
Voordat het zover is moeten echter alle sporen nog aangesloten worden op de juiste booster groep.
Ook de draaibrug moet voorzien worden van het DCC signaal.
Alle sporen die eindigen in de loc loods en het spoor direct naast de loc loods worden onderling met elkaar verbonden en aangesloten op dezelfde booster groep als het rangeerterrein.
Ook wordt de controller voor de draaibrug op dezelfde groep aangesloten.
Bij nameten bleek echter dat één van de spoorstaven op de brug geen verbinding had met de controller.
Na een nauwkeurige inspectie bleek dat er een draad was losgeraakt van de rechter spoorstaaf.
Nadat deze weer opnieuw was gesoldeerd, kan de eerste praktijk test worden uitgevoerd.
Zie het resultaat hieronder.....



Keer terug naar menu.

Terug naar het hoofdonderwerp Rangeerterrein.


Aanpassing aan de draaibrug.

port Zoals al eerder vermeld, is deze draaischijf van origine een Amerikaans model.
Oorspronkelijk moet er in het midden van de brug nog een overspannend deel worden geplaatst (zie foto hier naast).
Door deze weg te laten, lijkt het al weer een stuk meer Europees.
Aan de rails en bielzen op de brug is weinig te doen, tenzij je een totaal nieuwe brug zou willen maken.
Dat laten we dan ook maar achter wegen, maar door de draaibrug te voorzien van oprij seinen naar Duits voorbeeld, doet hij nog meer Europees aan.
Door gebruik te maken van de digitale rijspanning die op de spoorstaven van de brug staat, kan de aansturing van deze seinen worden verzorgd door een decoder.
Aangezien er onder de draaibrug een zee van ruimte is, kan deze decoder eenvoudig onder de brug wordt geplaatst.
En als we dan toch bezig zijn, gaan we de draaibrug ook maar voorzien van verlichting in het bedieningshuis.
Om te beginnen dit laatste, want dat was wel de eenvoudigste klus.
018 019
















Als eerst maar eens voorzichtig het dak van het besturingshuisje verwijderd met een scherp mesje.
Vervolgens met een boortje van 1,5 mm een klein gaatje in de bodem gemaakt voor de draden van de binnenverlichting.
Bewust dit gaatje in een hoek gemaakt, want dan kun je de dunne draden mooi wegwerken in de hoek en vallen ze niet op.

021 022















Hier is gebruik gemaakt van een witte SMD LED van de bouwgrote 402 die al was voorzien van draden.
Deze zijn zo compleet te koop (o.a. bij Ali Express) en maakt het installeren een stuk makkelijker.
De draad is een beetje stug en is makkelijk in vorm te buigen wat het weer makkelijk maakt om de LED in het midden van het besturingshuisje te krijgen.
Een van de draden wordt vast gezet in de hoek met een beetje lijm om te voorkomen dat het geheel nog gaat verschuiven.
Gelijk maar even een Preisser medewerker geplaatst, staat gelijk al weer een stuk beter.

023 024
















Tijdens deze ombouw ontstond het idee om ook aan de onderzijde van de draaibrug wat schijnwerpers te plaatsen in de vorm van LED’s.
De LED’s die hiervoor gebruikt zijn, zijn van het warm witte type en komen van een flexibele LED strip af (zo’n stip die je gewoon kan bestellen bij Ali Express of kan kopen bij de Action).
Deze hebben al de vorm van een schijnwerper ( beetje rechthoekig) en hoeven alleen nog maar van draden worden voorzien.
Het draad dat hiervoor gebruikt is het zogenaamde decoder draad.
Dit is zeer dun en flexibel waardoor het makkelijk is aan te brengen op het soldeervlak van deze LED's.
Daarnaast is ook het voordeel dat er maar een klein gaatje geboord hoeft te worden in de onderbouw.

028 029
















Na het aanbrengen van de draden op de soldeervlakken van de LED's worden de randen van deze LED's zwart gemaakt met een watervaste stift en kunnen deze onder de brug worden geplaatst.
De LED’s worden vastgezet met een klein beetje plastic lijm.
Alle LED’s aan de onderzijde van de draaibrug zijn in serie geschakeld (4 stuks) en is de keten voorzien van een 1K (1000 ohm) weerstand.
Standaard wordt op een flexstrip bij 3 LED's in serie een weerstand van ongeveer 150 ohm gebruikt en geeft over het algemeen veel licht bij een spanning van 12 Volt.
Als je het gelijkmatig zou verdelen zou er dus per LED zo'n 4 volt beschikbaar zijn.
Nu wordt er echter een spanning aangesloten van ca 16 Volt en staan er 4 LED's in serie.
ook hier hebben we bij een gelijkmatige verdeling ook zo'n 4 volt per beschikbaar.
Door bij deze 4 LED's een hogere weerstand te gebruiken wordt de stroom verder terug gebracht en is er een lager licht opbrengst.
Het resultaat is dat dit nu een mooi gedempt licht geeft.
De lichtsterkte kan eventueel nog lager worden aangepast door de instelling van de decoder.
Als decoder is de FX1 decoder gebruikt van Etecmo, waarbij de software speciaal voor dit doel door Etecmo is aangepast om deze te kunnen gebruiken als stationair decoder.
(Normaal is de FX1 bedoeld als mobiele functie decoder voor bijvoorbeeld wagons).
De decoder heeft een uitgang voor de oprijseinen en een uitgang voor het schakelen van de verlichting op de brug.
Dit is toereikend om aan deze behoefte te voldoen.

053 De spanningstoevoer naar de spoorstaven op het brug deel wordt via een tweetal sleepcontacten geregeld (buitenste twee op de foto).
Het contact deel op de brug waar de slepers tegen aan lopen, bestaan uit twee (bijna) halve cirkels.
Tussen deze cirkels zit een onderbreking van ongeveer 1 mm.
Als de brug ongeveer 90° is gedraaid, komen deze sleepcontacten op de onderbreking deze twee halve cirkels.
Op dat moment zijn de spoorstaven op de draaibrug spanningsloos.
Indien de brug nu doordraait, komen de slepers op de andere helft en worden automatisch de polariteit op de spoorstaven gewisseld.
Eigenlijk dus een heel slim systeem.
Dit werkt zowel op analoog als op een digitale baan en zijn er geen extra componenten meer nodig om de draaibrug om te polen.
Het enige nadeel hierin is dat je een gedeelte hebt waar geen spoor aangesloten kan worden omdat de draaibrug dan even zonder spanning staat.
Je kunt dan namelijk niet meer locomotief op de brug laten rijden.
Omdat in het midden van de draaicirkel automatisch de rails op de brug worden omgepoold, de draaibrug even spanningsloos is, wordt er een flinke buffercondensator op de decoder aangesloten om deze korte onderbreking op te vangen.
Normaal gesproken zal de draaibrug hier ook nooit stoppen, omdat deze plaats niet geprogrammeerd is.
Door voor de LED's een hogere waarde voor de voorschakelweerstanden te gebruiken, zal het stroom verbruik ook erg laag zijn.
Door het lage stroom verbruik zal de buffer condensator voor meer dan 4 seconden voldoende spanning kunnen leveren, wat meer dan voldoende is om de onderbreking op te vangen.
De onderbreking zal doorgaans niet veel langer dan een seconde zijn, dus zal in de praktijk ook geen probleem zijn.

Het oprijsein

Zijn we aangekomen bij het lastige deel van de aanpassing, het plaatsen van de oprijseinen.
Aangezien de oprij seinen in verhouding breed zijn, moeten we rekening houden met de breedte van de locs.
Daar komt nog bij, dat de windleiplaten van lange stoomlocs nog iets meer naar buiten kunnen steken, omdat de spooraansluiting op draaischijf vanuit het rangeerterrein pas de laatste 20 cm recht lopen.
De zijde waar het bedieningshuis staat is niet zo'n probleem, daar is ruimte genoeg, maar het probleem zit meer aan de andere zijde van de draaibrug.
Indien het oprijsein op de draaibrug geplaatst moet worden, zit de rand van het seinbord wel erg dicht op de plaats van de rechter railstaaf.
Dit kan natuurlijk voor problemen gaan zorgen bij een wat breed uitgevallen loc.

027
Voor dit doel is een kleine uitbouw gemaakt waarop het sein kan worden geplaatst.
De uitbouw bestaat uit niets anders dan een klein strookje zwart styreen van 11x24mm van 1 mm dik, waarbij aan het uiteinde en extra stukje van 11x10mm onder wordt gelijmd.
In dit verdikte deel wordt in het midden een gaatje geboord van 1,9mm.
De buis van het oprijsein is net geen 2 mm dik en gaat dus stroef in het gat.
Eenmaal geplaatst staat het ook stevig, maar voor de zekerheid brengen we een klein beetje lijm aan.
Het smalle deel van het plaatje styreen past precies tussen twee steunbalken van de brug en kan vastgelijmd worden.

De oprijseinen die zijn toegepast is een zelfbouw model.
Het model is wat aan de grove kant maar misstaat op de draaibrug niet.
Na montage moet het model nog een beetje meer afgewerkt worden zoals het zwart maken van de achterzijde van het seinbord.
Een uitgebreide beschrijving van de montage met foto's kun je vinden in "Seinen bouw"

Er is een voet meegeleverd maar op de draaibrug wordt de mast van het oprijsein zonder voet geplaatst,
Bij het plaatsen zorgen we ervoor dat de buis ca 1 mm door het gat heen steekt.
Hoewel de draden uiterst dun zijn, moeten de draden nog wel even netjes weggewerkt wordt.
Hiervoor is een kleine plastic vierkant pijpje gebruikt, waarbij aan het uiteinde een opening aan de bovenzijde is gemaakt.
De draden kunnen nu via dit buisje door de draagbalk naar de binnenzijde van de brug worden geleid.

039 040
















Omdat hier beide rode LED's gelijktijdig zullen branden, worden de dunne rode draden met elkaar verbonden en aangesloten op dezelfde weestand.
Hetzelfde geldt voor de witte LED's.
Voor de rode LED's wordt een weerstand van 2K2 (2200) ohm gebruikt, voor de witte LED's 10K (10.000) ohm.
De rede dat er voor de witte LED's een veel hogere waarde wordt gebruikt is vanwege het feit dat de lichtopbrengst van de witte LED enorm hoog is.
Door de stroom te beperken, wordt de licht opbrengst flink terug geschroefd.
Een bijkomend voordeel van het lagere stroomverbruik is, dat het gunstiger is een korte stroomonderbreking van de draaibrug makkelijk is op te vangen.
Het andere uiteinde van de weerstand wordt verbonden met een iets dikkere draad (decoderdraad) die naar de decoder toe gaat.

052 Na het aansluiten van de weerstand worden de verbindingen voorzien van een stukje krimpkous om sluiting te voorkomen.
Om te voorkomen dat de draden en weerstanden onder de brug uitsteken of bekneld raken tussen de tanden van de tandwielen, wordt het geheel afgedekt met een stuk tape.
De draden die naar de decoder gaan lopen onder het motorhuis door.
Om dit mogelijk te maken is van te voren aan de onderzijde van het motorhuis een sleuf gevreesd van ca 5 mm breed.
Op deze manier kunnen de draden onder het motorhuis doorlopen en kan het motorhuis nog steeds vlak gemonteerd worden.
De draden moeten na het motorhuis door de ronde rotatie bus worden gevoerd.
Aan beide zijde van deze rotatie bus zit een kleine opening waar de draden doorheen gevoerd kunnen worden.
Met behulp van een stukje ijzerdraad is dit prima te doen.

De decoder, en later ook de buffercondensator, worden onder het brugdeel geplaatst waar het besturingshuisje is geplaatst.
Voordat we dit definitief gaan doen, wordt eerst het tweede oprijsein geplaatst.
Deze komt voor het bedieningshuisje te staan naast de deur.
Ook hier boren we een klein gaatje van 1,9mm om het sein te kunnen plaatsen.
050 051
















Het 2e oprijsein wordt op eenzelfde manier geplaatst als het 1e.
Ook het wegwerken van de dunne draden gaat op eenzelfde manier.
Net als bij het 1e sein worden de rode en goudkleurige draden samen gevoegd en op weerstanden aangesloten.
De uiteindelijke 3 aansluitingen wordt ook op de decoder aangesloten en wel op dezelfde aansluiting als die van het 1e oprijsein.
Rest alleen nog het aansluiten van een buffer condensator.
De decoder is voorzien van een extra aansluiting van een buffer condensator.
Gezien de hoeveelheid LED's die gelijktijdig kunnen branden is er een vrij grote buffercondensator gebruikt.
Vanwege de grote capaciteit (2200uF) wordt deze aangesloten via een weerstand van 330 Ohm.
De laad tijd is daardoor wel iets langer, maar de laadstroom blijft dan binnen de perken.
Na het aansluiten kunnen de decoder en buffercondensator definitief geplaatst worden in de loze ruimte onder de draaibrug.
Voor het testen worden de decoder en condensator tijdelijk met een stuk tape vast gezet.


Zoals we wel vaker doen om dingen even snel uit te testen wordt de brug los aangesloten op de oude IB IR centrale.
Door alleen de spoorstaven aan te sluiten op de centrale krijgt de decoder zijn voeding en DCC signaal binnen.
Standaard is het adres van de decoder ingesteld op "1", en betekend dat de uitgangen met adres "1" en "2" zijn te bedienen.
Met adres 1 moeten de seinen bediend kunnen worden en met adres 2 kan de verlichting op de brug in en uit geschakeld worden.
Nadat getest is of dit goed werkte is de decoder op adres 15 geprogrammeerd, wat betekend dat met adres 57 en 58 het sein en de verlichting kan worden geschakeld.
Het is de bedoeling dat deze aangestuurd moet worden met adres 59 voor het sein en 60 voor de verlichting.
Om dit te kunnen moet de CV546 (of CV34) aangepast worden. Hier moet de waarde 28 in weg geschreven worden.
Na het her-programmeren de zaak nogmaals getest en bleek goed te functioneren.
Ook de buffercondensator doet zijn werk uitstekend met een overbrugging van meer dan 3 seconden.
En zo ziet het er in de nacht er uit...

055 056
















Op de foto is het licht in het bedieningshuis wat feller dan in werkelijkheid.
Al met al een net resultaat....


Keer terug naar menu.

Terug naar het hoofdonderwerp Rangeerterrein.


De loc loods.

017
Voor 6 sporen worden loc loodsen geplaatst en het is de bedoeling dat hiervoor die van Fleischmann voor worden gebruikt.
Deze had ik als 9 voudige loc loods 2e hands op de kop kunnen tikken in het verleden.
Nu was 9 wel erg groot voor deze baan, dus heb ik de bestaande loods aangepast voor 6 sporen.
Eén spoor zal buiten de loc loods blijven.
De loodsen zijn voorzien van zelfsluitende deuren.
Hoewel de zelfsluitende deuren wel functioneerde, kleefde er toch een aantal bezwaren aan.
Zo moet de loc helemaal tot achter in de loods rijden om de deuren te sluiten en voor het openen moest de loc gewoon tegen de deuren aan rijden.
Geen echte fraaie oplossing en dat moet mooier kunnen.
Voor het openen en sluiten van de deuren leek het mij mooier om dit met een servo te doen.
Door de servo’s aan te sturen met een servo decoder, was niet alleen de mogelijkheid daar om dit via de centrale (en dus ook via koploper) aan te kunnen sturen, maar door de toepassing van een bedieningspaneel is het straks ook mogelijk om de loc loods deuren door middel van een schakelaar te kunnen openen en sluiten.

Om dit te kunnen realiseren moest eerst het mechaniek voor het openen en sluiten van deuren worden aangepast.
Aanpassen van de bestaande constructie was niet echt een optie.
Omdat de beugel die wordt gebruikt voor het openen en sluiten van de deuren zou gaan "zweven", was de aanpassing zo ingrijpend, dat het beter was om deze maar volledig uit de loc loods te verwijderd en te vervangen door iets nieuws.
Doordat de loodsen al gebouwd waren en ook al op hun plaats stonden (rails lagen al vast), was dit verwijderen een wat lastige klus, maar met de nodige voorzichtigheid en beleid is dit goed te doen.
Dit bij alle loodsen zo gedaan.

De delen die over gebleven zijn van het oude mechaniek gebruiken we weer om onderdelen te maken die nodige zijn voor de servo aandrijving van de deuren.
Om te beginnen zagen we de lange kunststof beugel in delen zoals in onderstaande foto's is te zien.

078 079 079a



Het brede deel (rood omcirkelt) gebruiken we als steunplaat voor de servo en het middelste smalle deel (met blauw omcirkeld) als "steunbalken".
Als laatste moet er nog een extra dwars verbindingsstuk voor de beugel geleiding gemaakt worden en halen we uit het overige deel (geel omcirkeld).
Vanwege het "T" profiel moet bij de steunbalken er één zijde van de rand worden verwijderd om voldoende kleefoppervlak te krijgen om deze later tegen de spanten te kunnen lijmen.







075

Aan de deuren zit een klein oog waarin voorheen het mechaniek voor het openen en sluiten van de deuren was geplaatst.
Dit oog is dan ook weer prima te gebruiken om de deuren met een servo te laten bedienen.
Door een beugel te maken, die met een haakverbinding in de ogen van de linker en rechterdeur valt, kunnen beide deuren (nagenoeg) gelijktijdig worden gesloten of geopend.
De beugel is gemaakt van 1 mm dik verzilverd koper draad, wat met behulp van een boormachine mooi strak is gemaakt.
Voordeel bij deze methode is dat de draad ook wat stijver wordt.

Om de beugel op zijn plaats te houden, wordt in de draagconstructie van het dak een extra dwarsverbinding aangebracht.
Deze dwarsverbinding is in de vorm van een "T".
In deze dwarsverbinding worden op de bovenzijde van de "T" op ca 15mm van de buitenzijde twee kleine gaatjes geboord.
Om de beugel te kunnen plaatsen moet ter hoogte van deze gaatjes in het onderste deel van de "T" een stukje worden weggehaald.




065 066
















067 059
















De gaatjes zijn bedoeld om een oogje in te plaatsen, die er voor moeten zorgen dat de beugel zich makkelijk en vrij kan bewegen en niet meer naar beneden kan vallen.
De oogjes zijn gemaakt van dun ijzerdraad waarbij het oog net iets groter is dan de draad dikte van de beugel.
Voor het buigen van dit oogje kun je het beste een rondbektang met kleine bekken gebruiken.
Zorg er voor dat de "pennen" lang genoeg zijn (ca 20mm), deze moeten later omgebogen kunnen worden.
Indien deze erg kort zijn is het ombuigen niet meer zo makkelijk.

Steek nu de pennen vanaf de onderzijde van de "T" door het gat en buig de pennen zodanig om, dat deze plat aan de bovenzijde van de "T" komen te liggen.
De beugel is gemaakt volgens onderstaande foto.

072 060

















063 074

De "haken" van de beugel staan onder een hoek die kleiner is dan 90 graden om te voorkomen dat deze uit de ogen van de deuren kunnen worden getrokken of geduwd.
Met de "V" aan het andere einde van de beugel kun je later nog wel wat bijstellen aan het openen en sluiten van de deuren, maar is wel beperkt.
Nadat de twee oogjes zijn geplaatst in de dwarsverbinding en de beugel de juiste vorm heeft, kan de beugel worden aangebracht aan de dwars verbinding.
Als alles goed is heb je nu een beugel met geleiding en dwarsverbinding.




Voor diegene dit het ook op deze manier willen doen, staat hieronder een tekening waar ook de maten zijn vermeld.
Het deel B (het oog) wordt in deel C geplaatst en wel met het oog aan de zijde waar de "V" uit gehaald is.
Deel A wordt aangebracht door de ogen die in deel C gemonteerd zitten en wel zo, dat de "haken" aan naar beden wijzen.

085
















Nu is het zaak dat de haken aan het uiteinde van de beugel in de deuren worden gehangen.
Het makkelijkste gaat dit door beugel eerst een klein stukje te draaien en vervolgens deze voorzichtig in de ogen van de deur te drukken.
Eventueel kun je de lengte van de haken iets inkorten als dit niet goed lukt.
Let bij het plaatsen er op, dat de beugel niet te veel verbuigt.
Dit kan later nadelig uitpakken bij het soepel openen en sluiten van de deuren.

076 077
















Als de beugel goed in de ogen van de deuren zijn geplaatst, wordt de steunbalk op zijn plek vastgelijmd.
Door de beugel naar voren en achter te bewegen kun je al testen of de deuren goed openen en sluiten.
Indien nodig, kun je zo eventueel de zaak nog even nastellen.
Bij het nastellen heb ik ervoor gezorgd dat de deuren niet gelijktijdig open en dicht gaan, maar met een klein verschil.
Aan deze beugel wordt later een stang bevestigd, die wordt verbonden met arm van de servo.
Aangezien de uitslag van de servo arm software matig ingesteld kan worden in de decoder, is het afstellen voor het volledig openen en sluiten van de deuren erg eenvoudig geworden.
Voordat het zover is, moet eerst de servo geplaatst worden.

Keer terug naar menu.

Terug naar het hoofdonderwerp Rangeerterrein.

Plaatsen servo.


Het plaatsen van de servo is best een uitdaging.
De servo moet hoog genoeg zitten voor de loc die er onder door moet, maar laag genoeg om het dak nog fatsoenlijk te kunnen plaatsen.
Gelukkig is er tussen het dak en de laagste draagbalk nog voldoende ruimte om dit te kunnen realiseren.
Als eerste beginnen we met het maken van de steunplaat voor de servo.
De steunplaat wordt gemaakt uit het achterste brede deel van de originele beugel (het rood omcirkelde deel van 12 foto's terug).
Op de servo zit een kleine verhoging die we gaan gebruiken om er voor te zorgen dat de servo vlak op de steunplaat gemonteerd kan worden.
De as van de servo zit niet geheel in het midden maar op ca 5 mm uit het midden van de steunplaat.
Omdat de steunplaat is maar aan 1 zijde vlak, de andere zijde bestaat uit twee verschillende hoogtes.
Voor het plaatsen van de servo is er gekozen om de vlakke zijde boven te houden, omdat anders de stang die in de arm moet worden geplaatst, vast kan lopen tegen het hogere deel.
Hoe het gat is gemaakt toont onderstaande tekening.

084


De tekening is gebaseerd op het gebruik van de SG90 servo.
Dit is een relatief kleine servo die voor modelspoor prima is te gebruiken voor het omzetten van wissels of dit soort toepassingen.
Daarnaast zijn ze vrij goedkoop, zeker als je ze besteld bij Ali (voor een paar euro heb je er al 10).
Naast de kleine afmetingen zijn ze bovendien krachtig genoeg om het werk te kunnen doen.

Indien de servo mooi past in de steunplaat, moeten er nog wel twee kleine gaatjes geboord worden om de servo vast te zetten.


Hoe groot die gaatjes moeten zijn hangt af van de soort schroefjes je wilt gebruiken.
Voor het bevestigen zijn er twee kleine schroefjes meegeleverd met de servo, maar deze zijn wat aan de korte kant.
Even bij de bouwmarkt wat langere gekocht en deze maar gebruikt.
Twee maal een gaatje van 1,5 mm was voldoende om de servo met twee schroefjes vast te kunnen zetten.

080 082
















Ook de zijkanten van de steunplaat zijn iets scheef gemaakt, zodat dit wat beter geplaatst kan worden tussen de schuin toe lopende loc loods.

Nu de steunplaat klaar is kan deze (bijna) geplaatst gaan worden tussen de dakspanten.
Waar je deze moet plaatsen is natuurlijk afhankelijk van welke loods je hebt en hoeveel ruimte er nodig is tussen de beugel en servo arm, maar deze beschrijving geldt voor de Fleischmann loc loods zoals die hier gebruikt wordt.
Voordat de steunplaat geplaatst kan worden, moeten er eerst twee hulp steunen aangebracht worden waarop de steunplaat gelijmd kan worden.
De spanten zelf zijn vrij smal en geven te weinig steun voor voldoende draagkracht.
Door een extra steun te plaatsen, die over meerdere dwarsspanten verlijmd kan worden, wordt een betere steun voor de steunplaat verkregen.
De extra steunen kunnen gemaakt worden van de delen uit de gele cirkel (zie de foto aan het begin dit deel).
Door een deel van de "T" weg te halen, ontstaat en een "L" L-vormige steunbalk die prima is aan te brengen op de spanten.
Een zelfde steun kan eventueel ook op het muurdeel geplaatst worden, hoewel hier wel voldoende oppervlak is om een goede verlijming te maken.

094

De extra hulp steunen komen op ca 10mm boven de onderste balk van de dakspanten en op ca 1/3 van de achterzijde aan de dakspanten (van het verhoogde deel).
Nadat de steunbalken zijn aangebracht kunnen de steunplaten met de servo's geplaatst worden.
De onderzijde van de servo zit nu op hoger dan de bovenzijde van de deuren en zit dus hoog genoeg.
Bij het afmonteren moet je er wel op letten dat de platte kabel die uit de servo komen niet omlaag hangen.
Alle locomotieven kunnen er nu gewoon onder door.
Indien je ook bovenleiding in de loods hebt liggen, zal de rijdraad ook onder de servo komen te liggen, dus is hiervoor ook geen probleem.




Keer terug naar menu.

Terug naar het hoofdonderwerp Rangeerterrein.

Monteren en programmeren van de decoders.


Voordat we de servo's gaan koppelen met de beugel, gaan we eerst de decoders een plaats geven.
Als dat gedaan is kunnen namelijk de decoders aangesloten worden en kan de uitslag en snelheid van de arm eerst met CV instelling aangepast worden.
De laatste stap is dan de koppeling tussen de arm van de servo en de beugel om de deuren te openen en te sluiten.
Er zijn voor deze 6 servo's een drietal decoders nodig.
Deze krijgen hun plaats aan de achterzijde van het verhoogde dakdeel.
Om deze te kunnen plaatsen is er een dun stukje populieren multiplex (3mm) geplaatst tussen de laatste twee steunbalken van de dakspant.
Omdat de steunbalken schuin lopen zijn de uiteinde van het plaatje wat afgeschuind.
Dit heeft tevens het voordeel dat het plaatje hout gefixeerd is.
Er worden op drie plaatsen zo'n plaatje aangebracht.
Op dit plaatje wordt met drie schroeven de decoder op afstand busjes van 6mm hoog geplaatst.
Omdat het drie gelijke servo's en drie gelijke decoders zijn, zullen ook alle instelling nagenoeg gelijk.
Het enige waarin ze onderling verschillen is het adres van de decoders.
Aangezien het adres eenvoudig is te programmeren met een jumper, worden alle DCC ingangen met elkaar verbonden.
Ook alle voedingsaansluitingen worden op dezelfde wijze aangesloten, maar blijven gescheiden van de DCC aansluitingen.
Vervolgens worden alle servo's aangesloten op de decoders.
Zo wordt de 1e en 2e op de 1e decoder, de 3e en 4e op de 2e decoder en de 5e en 6e op de 3e decoder aangesloten.
De volgende stap is het aansluiten van een centrale op de DCC ingang en een voedingsbron op de voedingsaansluiting om alle decoders in te stellen.
Om de juiste uitslag te bepalen, meten we eerst de afstand op die de beugel moet afleggen om de deuren van open naar dicht te bewegen.
Dit is namelijk de afstand die de arm minimaal moet afleggen om de deuren met de servo open en dicht te doen.
We stellen de servo nu zo in dat deze afstand ruimschoots gehaald kan worden.
Het bepalen van de snelheid waarmee dit gebeurd is nogal persoonlijk.
Na het globaal instellen van het tempo en uitslag van de servo arm, is er een stang geplaatst tussen de beugel voor de deuren en de servo arm.

068 069
















De stang heeft een vorm van een "Z" waarbij aan de zijde van de beugel voor de deuren een klein open oog wordt gemaakt, zodat deze aangehaakt kan worden.
De andere zijde heeft een tegengestelde "Z" vorm van ca 4mm hoog die door een gat van de servo arm gestoken kan worden.
Als eerste wordt de stand door het gat van de servo arm gestoken en vervolgens aan de beugel gehaakt.
Na het aanhaken wordt de stang gesoldeerd aan de beugel.
Door de "Z" vorm kan de stang ook wat mee veren zodat ongelijkheden of blokkeringen opgevangen kunnen worden.
Nu kan met de huidige instellingen getest worden of de deuren mooi openen en sluiten.
Eventueel kunnen de CV waardes nog wat aangepast worden.
Mechanische verschillen kunnen weer opgevangen worden door de stang of beugel wat bij te stellen.

Hieronder een filmpje van de 1e test.



Nadat zo alle deuren ingesteld en getest zijn, worden de decoders voorzien van de juiste adressen.
In mijn geval was dit adres 83 t/m 88, wat neer komt of decoder adressen 21 en 22.
Na het instellen van de juiste adressen wordt de zaak nogmaals getest en worden de DCC en de voedingsaansluitingen definitief verbonden.
De DCC word gewoon van de rails gehaald en kan aangesloten worden op het uiteinde van het spoor in de loc loods.
Voor de voedingsspanning is er naast een staander voor het dakspant van de 1e loods een gat geboord, om de kabel doorheen te voeren.

095 096

















Na het aansluiten zijn de draden netjes in de krappe ruimte achter de decoders weggewerkt.
Hierbij natuurlijk rekening gehouden dat de bedrading niet in onder de houten plaatjes van de decoders uit kwam.
Rest nog het laatste ding.........


Keer terug naar menu.

Terug naar het hoofdonderwerp Rangeerterrein.

Aanbrengen van de verlichting.


De volgende stap is het aanbrengen van de verlichting in de loc loods.
Hiervoor zijn natuurlijk verschillende manieren voor, maar hier staat hoe ik het gedaan heb.
Er is gebruik gemaakt van de welbekende LED strip die je bij Action kunt kopen of die je bij Ali Express kunt bestellen.
Kom je op een modelspoorbbeurs, dan kun je die daar wellicht ook voor een redelijke prijs op de kop tikken.
Heb hier geen warm witte LED's voor gebruikt, maar helder witte LED's.
Dit omdat er in een dergelijk loods TL licht of natrium lampen worden gebruikt om voldoende licht op de werkvloer te hebben.
Al deze LED strips hebben voor de lokloods het nadeel dat er veel te veel LED's op zitten om de loods te verlichten.
Doorgaans zitten er 3 LED's op ca 65mm LED strip.
In mijn geval zou de strip dan zo'n 60cm worden wat dan zo'n 27 LED's zouden zijn, beetje erg veel, dus dat moet anders.
De bedoeling is om op elk spoor aan beide zijde van de dakverhoging een LED te plaatsen, dit over de 6 sporen zou dus 12 LED's zijn.
Ruim voldoende voor verlichting en zijn er minder dan een kwart van de LED's nodig.

Als je zo'n LED stip wat beter bekijkt, vallen een paar zaken op.
Voor elke 1e LED en na elke 3e LED zie je aan beide zijde een 2 tal koperkleurige rondjes aan beide zijde van de strip.
Dit zijn aansluitpunten die je kunt gebruiken om de draden aan te solderen en geeft tevens ook aan waar de strip doorgeknipt kan worden.

099b

Verder is er (afhankelijk van het merk strip) een weerstand voor de 1e of na de 3e LED aangebracht (deze is meestal zwart van kleur).
De strip is dus op te delen in stukken van 3 LED's.
Ook kun je drie bannen van elkaar onderscheiden waarvan de buitenste twee over de gehele strip doorlopen.
Deze twee dienen als voeding voor de gehele strip, een + en een - zijde.
Op de middelste baan zijn de LED's aangebracht en is de baan onder elke LED onderbroken.
Deze baan stopt ook na elke 3e LED en begint weer bij de 1 LED van een deelbare stuk van de strip.
Nu zijn stukken van drie LED's nog te veel voor normale verlichting en moet een sectie (van 3 LED's) nog verder opgedeeld worden.




100 098
















Voor de voorzijde van de dakverhoging knippen we twee secties of, dus in totaal 6 LED's.
Van dit stuk knippen we tussen elke LED de strip door, zodat we 6 lossen LED's op een stukje strip overhouden.
Knip deze niet recht maar enigszins schuin door, om de + en - zijde van de LED makkelijk te kunnen onderscheiden.
Het is niet nodig om alle drie de sporen door te verbindingen.
De belangrijkste is de midden verbinding en deze zorgt voor de ondelinge verbinding tussen de LED's per sectie.
Om enige stevigheid te krijgen, nemen we een stuk verzilverd koperdraad (gewoon koperdraad voldoet ook prima), die de totale breedte van de loc loods kan overspannen.
Deze buigen we zodanig, dat deze de vorm in de breedte van de loc loods krijgt.
Als het goed is heb je (in dit geval) 6 rechte stukjes die onder een kleine hoek zijn verbogen.
Op de foto zie je deze draad boven op de spanten liggen.

Na het buigen, kunnen de korte stukjes led strips aangebracht worden, maar voor het zover is eerst nog wat voorbewerken.
Van de losse stukjes LED strip heeft elke 2e LED nog geen koperkleuring rondje waar iets aan gesoldeerd kan worden.
Daarom wordt aan het buitenste spoor (bij mij was dit de min, maar kan even goed ook de plus zijn) een klein stukje blank gemaakt totdat het koper zichtbaar wordt.
Om het straks te kunnen solderen gaan we eerst dit stukje vertinnen. Het zelfde doen we met de reeds aanwezige blanke stukjes op elke 1e en 3e strip stukjes.

101b 103
















Draai de draad nu om zodat de draad de tegengestelde vorm heeft van het dak.
Nu kunnen de korte stukjes led strips aan de gebogen draad worden aangebracht.
Na het aanbrengen van de draad, wordt er een stukje montage draad aangebracht tussen de eerste en tweede LED en één tussen de tweede en derde LED.
Vervolgens wordt er stukje montage draad aangebracht van het eerste vertinde eilandje van het binnenste spoor naar het derde vertinde eilandje van het binnenste spoor.

105 106
















Om de nieuwe led strip te testen sluiten we op het binnenste en buitenste eilandjes van de 1e LED een spanning van 12 Volt aan.
Als het goed is branden nu alle LED's en kan de nieuwe strip ingebouwd worden.
107 108
















Het inbouwen is simpel: draai de draad om zodat we weer de vorm van het dak hebben.
Steek nu de aangepaste LED strip door de spanten heen en laat de stugge draad op de onderste balk van de spanten rusten.
Als het geheel nu op zijn plaats ligt, fixeren we de stugge draad met wat lijm of smelten we de stugge draad in het plastic.
Als laatste sluiten we de draden aan voor de voeding.

Hetzelfde geldt voor de achterste zijde bij de dakverhoging, alleen is hier de totale lengte wat groter.
De werkwijze is hetzelfde zoals hiervoor beschreven.
Bij het aanbrengen van de aangepaste strip aan de achterzijde, moet de strip net onder het lage deel komen van het dak.
Dit is echter geen probleem voor de hoogte en het is een beetje lastiger om deze door de spanten heen te steken, maar met wat geduld is het goed te doen.

Na het aanbrengen van deze twee strips worden deze met elkaar verbonden en aangesloten op de voedingsspanning.
Na het plaatsen van de dakdelen is de loc loods klaar voor gebruik.


Keer terug naar menu.

Terug naar het hoofdonderwerp Rangeerterrein.


Beveiligen.


Een loc loods is natuurlijk fantastisch om te hebben, maar hoe hou je nou in de gaten of er iets in de loods staat...
Je kunt op zicht, dus visueel, natuurlijk controlleren of er wel of geen loc in de loods staat, maar dat kan alleen als de deuren open staan.
Bij gesloten deuren wordt het al wat moeilijker.
Je zou het ook bij kunnen houden met het programma koploper, maar het hele rangeerterrein (en dus ook de loc loods) is volledig handbediend.
Slechts voor het binnen halen en laten vertrekken van goederen treinen is er (tot nu) één blok gemaakt op het rangeerterrein.
Om bij te kunnen houden waar welke loc zich bevindt op het rangeerterrein, moet je dus nog meer blokken gaan maken.
Buiten dat er enorm veel melders nodig zijn, alles in blokkken ingedeeld moet worden, het enorm veel werk kost, voegt het in dit geval weinig toe.
Dus maar iets bedacht om toch op een of andere manier te laten zien welk spoor in de loods bezet is.
Heb dit gelijk maar gecombineerd met open en gesloten deur van loods.
Door elk afzondelijk spoor vanaf de draaischijf naar de loc loods te voorzien van een melder, laat ik een LED branden op het bedieningspaneel.
Er is dan wel bekend of een loc loods bezet is, je weet alleen nog niet welke loc waar staat.
Je zou voor elke loc loods een fictief blok kunnen maken en daar vervolgens de loc heen kunnen slepen om dit bij te houden.
Misschien iets om later over na te denken, voor nu nog maar even niet.
Daarnaast heb ik gebruik gemaakt van de relais op de servodecoders, die mee schakelen met de stand van de deuren.
Door het bewuste spoor uit te schakelen als de deuren gesloten zijn, voorkom je dat je per ongeluk de loc kan laten rijden.
Het contact dat de stoom toevoer naar het spoor onderbreekt wordt bij gesloten deur overbrugt door een weerstand, waardoor de loc niet meer kan rijden, maar er nog wel een melding plaats vindt.
De uitgang van deze melder is echter niet verbonden met een terugmelder maar met een kleine schakeling die een LED kan laten branden.
Door de LED in het bedieningpaneel te plaatsen heb je op het paneel een indicatie of het spoor in de loc loods bezet is.
Bij gesloten deuren kan er geen loc meer rijden op het bewuste spoor.
Dit geldt voor zowel een loc die in de loods staat als die van de draaischijf af komt.

Om dit te kunnen realiseren is er gebruik gemaakt van eigen gemaakt detectie schakeling en deze is net als de servo decoders onder het dak van loc loods geplaatst.
Deze detectie werkt op stroom afname.
Indien er stroom wordt afgenomen wordt er een signaal afgegeven waarme we een LED kunnen laten branden.
Zelfs op hele lage stromen (1mA) reageerd deze schakeling nog steeds.
Het relais van de servo onderbreekt de stroom toevoer naar de desbetreffende rail in de loods als de deuren zijn gesloten.
Door de onderbreking gaat nu de stroom door een weerstand van 2200 ohm, waardoor de loc niet meer kan rijden, maar er nog wel een lage stroom blijft vloeien.
Deze lage stroom wordt door de detectie schakeling nog gewoon gedecteerd waardoor de indicatie aanblijft.
Is er geen loc meer op het spoor in de loc loods, dan vloeit er helemaal geen stroom en is de indicatie uit.
De enige voorwaarde is dat er een digitale spanning aanwezig moet zijn om een indicatie af te kunnen geven.
Aangezien dit altijd het geval is als er gereden wordt op de baan, is dit geen probleem.

109 110

















Voor de liefhebbers staat hier boven het schema van de gebruikte schakeling (links) en de layout van de servo decoder (rechts).

Pin 1 van de detectie schakeling wordt aangesloten op het relais contact van de servodecoder die voor de deuren van het desbetreffende spoor wordt gebruikt.
In het voorbeeld hier boven is servo 2 gebruikt en zou pin 3 op de servodecoder zijn.
Pin 1 van de servodecoder gaat dan naar de rechter spoorstaaf van de loc loods waarvan de deuren worden bediend.
Over pin 1 en pin 3 van de servodecoder wordt ook een weerstand geplaatst van 2200 ohm (2K2).
Pin 2 van de detectie schakeling gaat naar de DCC voeding ( zeg maar de +)die normaal gesproken op de rechter spoorstaaf zou worden aangesloten.
Pin 3 van de detectie schakeling gaan naar de linker spoorstaaf van de loc loods waarvan de deuren worden bediend.
De linker spoorstaaf is permanent verbonden met de andere DCC voedingslijn (zeg maar de -).
Aangezien elke linker spoorstaaf in de lok loods permanent moet worden verbonden, hoeft deze aansluiting maar één keer te worden aangesloten.
Bij alle detectie schakelingen kan dan pin 3 met elkaar worden door verbonden.
Pin 4 en 5 van de detectie schakeling worden verbonden met de LED op de bedieningskast.

Het leuke van dit geheel is ook als je loc een geluidsdecoder heeft.
Als je het geluid al inschakelt nog voordat de deuren open zijn, zal bij het openen van de deuren het geluid automatisch starten nog voordat de lok in bewegen wordt gezet.
Hoe realistisch wil het hebben....


Keer terug naar menu.

Terug naar het hoofdonderwerp Rangeerterrein.


Kolenbunker.


Daar waar gereden wordt met stoomlocs, mag op een loc depot een kolenbunker niet ontbreken.

110
Voor dit doel is de Faller 120148 aangeschaft.
Het voordeel van het gebruik van een nog te bouwen bouwpakket is, dat tijdens de bouw nog op een eenvoudig manier aanpassing of wijzigingen in het geheel kunt aanbrengen.
Zo is het hier dus ook het geval geweest.
Zo is er LED verlichting aangebracht onder de stortbunker, bedieningshuis tussen de bunker, Led schijnwerper op de kraanmast, verlichting in de cabine en motorhuis van de kraan.

De LED's onder de stortbunkers zijn van een flexibele ledstip af gehaald ( zo'n strip op de rol, besteld bij Ali Express).
Dit gaat super eenvoudig door de soldering te verwarmen tijdens het buigen van de strip.
Na het verwijderen even op de markering letten.
Aan één zijde zit een klein schuin hoekje, dit is de min zijde van de LED.
Beide zijde van de LED worden voorzien van dunne lakdraden.
Hiervoor is lakdraad van verschillende kleuren gebruikt.
Deze is destijds aangeschaft voor het aansluiten van de verlichting in de auto’s voor de Faller baan auto’s, maar is hier natuurlijk prima te gebruiken.
Er worden 4 LED’s aangebracht onder de loopplank van de kolenbunkers, 2 aan elke zijde boven het spoor, en worden in serie geschakeld.
Voor de doorvoer van de lakdraden, die door de steunen onder de loopplank heen moeten, worden kleine gaatjes in de steunen geboord en voor de doorvoer naar de andere zijde van de stortbunker wordt een klein gaatje in het achterschot geboord.
De LED’s zijn eenvoudig te monteren door deze met een druppel lijm uit het lijmpistool vast te zetten.
LED's moeten altijd voorzien worden van een weerstand voordat deze op een spanningbron worden aangesloten.
Voor de 4 in serie geschakelde LED's is een weerstand van 470 Ohm gebruikt en wordt aangesloten op een voedingsspanning van 14 Volt.

121 120
















De bedrading voor het aansluiten op een voeding, is op een nette manier weggewerkt in het H-profiel van een staander. Door dit te later te geschilderen, zijn de draden niet meer zichtbaar.
In de voet wordt een klein gaatje geboord (1mm), waardoor de lakdraden door de onderplaat kunnen worden aangebracht.
De lakdraden zijn na de doorvoer nog ca 5cm lang en worden aan een montage draad gesoldeerd.
Dit maakt later het aansluiten een stuk gemakkelijker.

ledst Ook bij de bouw van de kraan is er aan de verlichting gedacht.
Opnieuw is er gebruik gemaakt van de flexibele LED stip.
Doorgaans bestaat een dergelijke strip uit secties van 3 in serie geschakelde LED's met een weerstand en is ook hierin op te delen.
Een schematische voorstelling vindt je hiernaast afgebeeld.

Voor de verlichting in de cabine en het motorhuis is gebruik gemaakt van zo'n standaard lengte van 3 LED’s.
Van dit stukje strip is de middelste LED verwijderd.
De strip, met de ontbrekende LED wordt aan het dak van het motorhuis vast gelijmd.
De losse LED wordt voorzien van twee dunnen lakdraden en opnieuw aangesloten op de plaats waar deze van de strip was verwijderd.
Let hierbij op dat de + en - zijde van de LED juist worden aangesloten op de strip.
Vervolgens wordt de losse LED vastgelijmd aan het dak van de kraancabine.
De strip wordt later aangesloten via een weerstand van 1000 Ohm (1K) op de voeding.

122
In de kraanmast zit van oorsprong een niet werkende lamp armatuur.
Het leek me wel leuk om hier een werkende van te maken, dus de bol is met een scherp mesje weggesneden, en is vervangen door een LED.
Ook deze LED is aangesloten doormiddel van twee dunne lakdraden (beide zwart).
De plus zijde van deze LED is via een weerstand van 1K aangesloten op de + zijde van de strip die tegen het dak van het motorhuis is gelijmd.
De min wordt apart aangesloten.
Om deze drie draden (1 x plus, 1 x cabine, 1 x kraanmast verlichting) door te kunnen voeren, wordt er in de spil een klein gaatje van ca 2mm geboord.
Hoewel de mogelijk er wel is, is de kraan (nog) niet elektrisch draaibaar gemaakt.
Omdat er een aparte buis wordt meegeleverd voor de draden van de eventuele motor, wordt deze gebruikt om deze drie draden door heen te leiden.
Er is bewust voor gekozen om de LED's apart schakelbaar te maken.
Denk er alleen nog over om deze verlichting via een decoder aan te sturen.
Zo wordt de bedrading in schakelkast en onder de tafel een stuk eenvoudiger.
Zelfs om de decoder in de kraan te zetten valt nog te overwegen.
Buiten het bedienen van de verlichting op het schakelpaneel kan dit dan ook via de multimuis of het programma koploper worden aangestuurd.
Hoewel de mogelijkheid er wel is, is de kraan (nog) niet elektrisch draaibaar gemaakt.

Het bouwen van de kraan was goed te doen.
Het meest lastige van het geheel was het aanbrengen van de kabels voor de bak.
Vreemd genoeg zat er bij het kit geen garen of touw om de bak op te hangen.
Hiervoor zul je dus zelf moeten zorgen.
Voor dit doel heb ik wat dikker grijs garen gebruikt en ziet er in verhouding uit als staalkabel.
Omdat het geheel statisch is en de bak niet op en neer hoeft, is het garen verlijmd op de katrol in de punt van de hijsmast.
De bak zelf is relatief licht van gewicht en hierdoor staat het garen niet altijd even strak.
Door de bovenzijde van de bak niet met de meegeleverde afdichting te verlijmen maar te vullen met wat fijn grind, krijgt de bak wat meer gewicht.
Dit de toename van het gewicht komen de "kabels" mooi strak gaan staan.

Na de voltooing van de bouw van het geheel, kan de zaak op zijn plaats worden gezet.


124
Om de zaak compleet te maken worden er nog twee grote voorraadbunkers geplaats.
Van hieruit kan met de portaalkraan de kolen voorraad in de stortbunkers worden aangevuld.

Het geheel is natuurlijk niet compleet als er geen kolen aanwezig zijn.
Om te voorkomen dat je veel "kolen" in de voorraadbunkers en de stortbunkers moet storten, brengen we eerst een laag PU schuim aan.
Deze wordt gewoon vast gelijmd met houtlijm.
Vervolgens brengen we houtlijm aan op de boven laag en bestooien dit vervolgens met een laagje "kolen".
Deze "kolen" worden meegeleverd in een zakje met het bouwkit.
Indien er voldoende kolen zijn aangebracht maken we het een klein beetje vochtig met een plantenspuit.
Vervolgens druppelen we met een injectiespuit verdunde houtlijm over de aangebrachte kolen.


De verdunde houtlijm heeft een verhouding van 1 deel lijm op 5 delen water.
Om de oppervlakte spanning te doorbreken, voegen we nog een druppeltje afwasmiddel toe.
Als je de originele kolen gebruikt die bij dit kit geleverd wordt, hou er dan rekening mee dat bij het vochtigmaken van de kolen er zwart water kan gaan lekken uit de naden van de bunkers.
Na het indruppelen laten we de zaak drogen.


Nu de kolenstortbunker en de portaalkraan klaar zijn, is het geheel op zijn plaats gezet.
Hoewel de sporen die onder de kolenstortbunker doorlopen al eerder zijn geplaatst, zonder rekening te houden met de onderlinge afstand van deze twee sporen, bleek de twee kolenstortbunkers precies boven de sporen uit te komen.
Zou dit voortschrijdend inzicht zijn geweest……ik hou het maar op puur toeval.
Nadat de plaats van de bunkers was bepaald, zijn er onder de voeten waar de draden voor de verlichting uit komen, gaatjes van 3 mm in de onderplaat geboord.
Vervolgens is de kolenstortbunker op zijn plaats gezet.
Om te voorkomen dat deze nog gaat verschuiven zijn de voeten met houtlijm vastgezet op de foam ondergrond.
Voor het plaatsen van de portaalkraan is eerst gezocht naar de meest mooie positie van de kraan.
Nadat de positie van de kraan vast lag en het een statisch geheel wordt (er beweegt tenslotte (nog) niets), wordt ook hier op de plek waar de aansluitdraden voor de verlichting van de kraan uitkomen, een gat van 3mm geboord.
Voordat de portaalkraan geplaatst wordt, zijn eerst de rails, waarover de kraan zich kan verplaatsten, op de juiste positie geplaatst.
Tijdelijk worden deze even vastgezet met een klein schroefje.
Na het inlijmen kunnen deze later weer verwijderd worden.
Onder de portaalkraan wordt een weg door gelegd die aansluiting geeft naar het nog te bouwen brandstofdepot voor diesel locs.

124 125

















De volgende stap is het aanbrengen van de senery en het verweren en vervuilen van het geheel.
Door kolenstof zal de zaak natuurlijk nooit schoon blijven, dus enige vervuiling is hier wel op zijn plaats.

139


Zo zijn de voorraad en stortbunkers vervuild met met zwart pigment.
Ook de balast onder de bunker en enigzinds daarom heen worden met wat zwarte en donker rode pigment behandeld.
Zoals op de foto te zien is, lijkt dit aardig gelukt.
Het enige wat nog onderhanden moet worden genomen is de portaalkraan.
Ook de balast tussen de rails is licht behandeld met wat pigment poeder.
Door het na het aanbrengen heel licht te bevochtigen trekt de pigment min of meer in de balast, hetgeen een mooi effect geeft.
Het deel tussen de de gebalste sporen worden bij het locdepot opgevuld met wat koffiepoeder.
later brengen we hier en daar nog een beetje onkruidgroen aan om de boel compleet maken.


Eerst even wat sfeer foto's......

124 125
















124 125
















124 125
















124 125

















Het enige wat nog ontbreekt is een watervulplaats, en een water toren, maar daar wordt nog aan gewerkt.
Voordat hier aan kan worden begonnen is eerst de bouw van het dieseldepot aan de beurt.



Keer terug naar menu.

Terug naar het hoofdonderwerp Rangeerterrein.


179

Watertoren en waterkraan.




Een watertoren mag natuurlijk niet ontbreken net als een waterplaats met vulkraan voor de stoomlocs.
Omdat de plek hiervoor niet zo heel erg groot is, en het hier ook maar om een relatief klein depo gaat, is de keuze gevallen op water toren van Auhagen (11412).
De waterkraan is een bouwdoos van Kibri.

Ook de watertoren ziet er wat plasic achtig uit en nog voordat deze in elkaar gezet wordt, zijn de wanden eerst behandeld met een wash van grijze plakaat verf.
Kort na het aanbrengen wordt de nog natte grijze verf met een zachte doek weer afgenomen en blijft er in de voegen verf achter.
Deze laten we eerst even drogen.
Het resultaat is een mooi gevoegde muur.
162 163

















Nu wordt de water toren weer verder afgebouwd.
Natuurlijk wordt tijdens de bouw weer verlichting in de toren aangebracht. Van origine zit er boven de deur geen verlichting.
Ook hier hebben we verandering aangebracht.
Deze lamp is een zelf gemaakte en bestaat uit een klein stukje ronde styreen buis en een rond gesneden stukje styreenplaat van 0,5 mm dikte.
Deze worden op elkaar gelijmd en later geschilderd.
In het midden van het rond gemaakte styreenplaatje boren we een klein gaatje (0,8mm)waar straks de draadjes van de LED doorheen kunnen.
De LED die gebruikt is, komt van de bekenden deelbare deelbaar deel van een LED strips af.
Doorgaans bestaat zo'n strip uit een veelvoud van 3 LED's.
Van één deel van 3 LED's halen we de LED af en gebruiken we voor de buitenlamp.
Het overige deel gebruiken we voor de verlichting in de watertoren.
Aan de gedemonteerde LED solderen we wat spoeledraad voor de stroom toevoer.
De twee draden worden later weer op het deelbare deel gesoldeerd en zo ntaat wer een een gesloten circuit (let hierbij goed op de + en - zijde van LED).

De armatuur is gemaakt van een stukje koperdraad van 0,7 mm.
Het spolendraad voor de stroomtoevoer naar de LED wordt om de koperen draad heen gevlochten.
De koperen draad met de twee spoeldraaden steken we door het geboorde gaatje en de lampenkap worden met wat 10 secondelijm (Loctite 401) vastgelijmd aan de koperen draad.
Door het geheel straks mooi zwart te schilderen valt de draad niet meer op en wordt het één geheel.
Boven de deur boren we een klein gaatje waadoor de koperen draad en spoelendraad gestoken kan worden. Aan de binnezijde monteren we in een van de spoelendraden een extra weerstand van ongeveer 2200 okm.
Uiteindelijk worden de twee aansluiting vqn deze LED weer op het deelbare stukje strip aangesloten.
Om de buitenlamp te testen, sluiten we de spanning even aan (12 V) en als het goed is brandt de buitenlamp en de binneverlichting van de watertoren.
Door de extra weerstand branden de LED's wat minder fel en geven nu een natuurgetrouw licht.

167


Rest alleen nog de juiste plaats bepaling en het aanpassen van de senery.














Bij de watertoren hoort natuurlijk ook een waterkraan voor de stoomlocomtieven.
Hiervoor is een kit gebruikt van Kibri (39422). Dit is een zeer eenvoudig kitje en is vrij snel gemonteerd.
In de doos zitten twee waterkranen, maar we hebben er maar één nodig.
De waterkraan plaatsen we aan het uitloopspoor bij het locdepot.
Bij de kraan plaatsen we nog even een preisertje om de boel wat op te leuken en kleden we de boel aan met de nodige senery materialen van Heki, Bush en Woodland.

171 178

















Om het spoor over te steken en om uitglijden te voorkomen, is er voor het spoowegpersoneel traanplaten bij het spoor en waterplaats gelegd.
Het einderestaat mag weer gezien worden.


Keer terug naar menu.

Terug naar het hoofdonderwerp Rangeerterrein.


Diesel depot.



153
Na het (gedeeltelijk) aanbrengen van de senery en het verweren en vervuilen van de kolen- en stortbunker is er een een start gemaakt met de bouw van het dieseldepot.
Het dieseldepot wordt geplaatst naast de locloods aan het vrij liggende spoor vanaf de draaischijf.
Ook het tankstation voor de diesel locomtieven wordt hier geplaatst.
De opslag voor de de dieselolie is een zelf vervaardig stukje wat bestaat uit diverse losse onderdelen.
De pijpen, hekwerken en trappen zijn delen die ik nog had liggen uit oude bouwpakketten.
Het deel van de dieselopslag bestaat uit 2 liggende en één staande opslag tank.
Aangezien ik nog wat oude tanks had liggen uit een vervallen bouwpakketje van Vollmer, hiermee aan de slag gegaan met wat styreen en muurplaten.
De vloer waarop de opslagtanks staan is van beton en worden omheind met een lage muur, die bij eventuele lekkage moet voorkomen dat de dieselolie weglekt in de grond.
De omheinig is gemaakt van dunnen stroken styreen en verder aangekleed met een stukje foame muur van Heki.
Voor de pijpen heb ik wat afval plasic gebruikt van bouwdozen.
Normaal geproken zou je dit weggooien, maar de ronde stukken zijn nog goed te gebruiken als olie pijp.
Onder de liggende tanks nog even wat steunen gemaakt van wat stukje styreen dat nog was overgebreven van wat andere projecten.

150 151

















Aan de voorzijde van de dieselopslag is een aansluiting gemaakt voor het vullen van de tanks vanuit een tankwagen.
Verder komt er nog een loopplank over de tanks heen met aan beide zijde een trap.
Een kwastje verf moet de rest doen.
152 153

















Oorspronkelijk was ook nog het idee om aan het zelfde spoor nog een vulstation te maken om vanuit een tankwagon de opslagtanks te kunnen kunnen vullen.
Er moet echter ook nog een watertoren en watervulplaats voor de stoomlocs worden geplaatst, en ik vrees er dan geen ruimte meer voor is.
Als ook de watertoren en de watervulplaats hun plek hebben gekregen, kunnen we altijd nog even zien of er plaats is voor een tankvulstation.

Natuurlijk moet er ook ook een pomp komen om de dieseltanks van de locs mee te kunnen vullen.
Met wat styreenplaat en een blokje kunststof komen we al een heel eind.
Een stukje stroomdraad kan prima dienst doen als vulslang. Door de losse draadjes aan het uiteinde van de draad te vertinnen en met een pincet wat te verbuigen, lijkt het net echt..
Preiser personeel erbij en de pomp op de juiste plek neer zetten en het is helemaal compleet.

124 125

















Al met al is het weer een leuk geheel geworden.


Keer terug naar menu.

Terug naar het hoofdonderwerp Rangeerterrein.


Het seinhuis.



120121





De achterzijde van de locloodsen grenst aan het staionsemplacement en hier ontbrak het nog aan een passend seinhuis.
Nu was er al een seinhuis in de maak, maar deze was veel te groot voor bij het station.
Deze is meer geschikt om straks plaats te nemen op het rangeeremplacement.
Voor het seinhuis bij het station is de Faller 120121 aangeschaft.



Een passend seinhuis, maar het ziet er nogal plastic achtig uit.
Om de plastic look te verwijderen, moet er nog wel het een en het ander aan gebeuren.
De Muurdelen zijn behandeld met wat plakkaatverf.


157 158
















Als eerste is door het mengen van witte en zwarte plakkaatverf een licht grijze kleur aangemaakt.
Vervolgens is deze plakkaatverf met een zachte kwast wat dik aangebracht, zodat de voegen goed gevuld waren.
Na een korte tijd (ca 1 a 2 minuten) is de verf met een zacht papieren doekje weer verwijderd en zo blijft de grijze verf achter in de groeven.
Eventuele lichte plekken zijn opnieuw behandeld.
Voor de muren van de bovenbouw worden de tussen liggende stukken muur straks opgevuld met wat “houtwerk” en deze delen zijn zoveel mogelijk weer ontdaan van de verf.
Het “houtwerk” is op eenzelfde wijze behandeld, alleen met wat donkerbruine plakkaatverf.
Ook de deuren hebben een wash gekregen van een donkerbruine kleur.
Na deze behandelingen is de zaak volgens tekening in elkaar gezet.
Het dak en trap moeten nog verder behandel worden, maar het geeft al een aardig resultaat.

160



Het is in ieder geval duidelijk dat het gebouw er een stuk beter uitziet dan dat deze af fabriek is.

Bij de bouw bleek dat de muren van de bovenbouw niet helemaal op elkaar aan te sluiten.
Met het nodifge gedult en hier en daar wat oneffenheden wegschuren was ook deze klus snel geklaard.
Voordat het dak definitief wordt geplaatst, is er eerst nog wat aandacht geschonken aan de verlichting.
Het leek me een mooi idee om ook een stukje aan de inrichting van de bovenruimte te doen.
Om dit te kunnen doen, moet er eerst een vloer aangebracht worden, aangezien deze niet standaard aanwezig is.




Na het aanbrengen van de vloer zijn er verschillende atributen aangebracht zoals een klein schakel tableau, archiefkast, stoelen en wat personeel.
Toen dit was voltooid, is de uiteindelijke verlichting aangebracht.
Hierbij is gebruik gemaakt van de bekende LED strips.
Deze zijn voorzien van een extra weerstand van 4700 ohm om de felheid wat terug te brengen naar normale proporties.

173 184
















Om de zaak helemaal af te maken is ook de railing van de trap even zilverkleurig geschilder en is de omgeving verder aangekleed.
De weg is weer gemaakt van karton, de lantaarnpalen zijn modelen die uit china komen en hebben een witte LED als verlichting.

Om het locdepot helemaal af te maken moet er in ieder geval nog een kantoor gebouwtje geplaatst worden en moeten de wegen nog verder aangelegd worden.


Keer terug naar menu.

Terug naar het hoofdonderwerp Rangeerterrein.



Tunnelbouw

Tunnels kunnen op een modelbaan naar zuid Duits/Zwitsers en Oostenrijks voorbeeld niet ontbreken. Alle tunnelportalen en binnenwanden zijn geheel zelf ......

Faller Car

Tijdens de bouw van de baan is besloten om de modelbaan ook te voorzien van een Faller Car systeem. Mogelijk dat deze in de toekomst ook digitaal bestuurd.....

Terug

Terug naar home page.....




" Als je de sporen volgt, kom je vanzelf op het eindstation. "